Zeeland in Den Haag

Het werk van lobbyisten vindt vooral achter de schermen plaats. Dat geldt ook voor dat van Corine Fontijn die, als Zeeuwse lobbyist in Den Haag, de zaken bepleit voor de dertien Zeeuwse gemeenten, waterschap Scheldestromen en Provincie.

Corine Fontijn

Praten met ambtenaren van ministeries om te horen welke kant bepaald beleid lijkt op te gaan, koffiedrinken met een Kamerlid om te vernemen hoe zijn of haar partij tegen een specifiek onderwerp aankijkt, en bovenal zo goed mogelijk op de hoogte zijn van wat er zoal op en rond het Binnenhof én in Zeeland gebeurt. Dat is in een notendop het werk van Corine Fontijn, onze vrouw in Den Haag.

Meer doelen

De Zeeuwse lobby kan verschillende doelen hebben, vertelt Corine. “Neem de stikstofproblematiek. Dat is een landelijk probleem. Daar wordt in Den Haag dan ook landelijk beleid voor gemaakt. Maar dat landelijke beleid heeft wél direct invloed op Zeeland. Aan de ene kant heb ik dan de opdracht het Haagse beleid, samen met de collega’s in Zeeland, te vertalen naar de Zeeuwse situatie. Aan de andere kant moet ik in Den Haag zien duidelijk te maken dat algemeen stikstofbeleid niet werkt. De situatie in Zeeland – met veel ‘stikstofneerslag’ vanuit de Vlaamse industrie en havens – is immers heel anders dan die in, pak ‘m beet, Friesland?” Hoe doet ze dat? “Nou, bijvoorbeeld door op het ministerie met de verantwoordelijk ambtenaren te praten. Of door een Kamerlid te helpen met het formuleren van vragen richting de minister. Daarnaast breng ik vaak ambtenaren of bestuurders uit Den Haag en Zeeland met elkaar in contact. Dat werkt heel goed.”

Zeeland verkopen

Een ander onderdeel van Corine’s werk is het ‘verkopen’ van Zeeland. “Neem de woningnood. In grote delen van de Randstad is bijna geen ruimte meer om te bouwen.’’ Lachend: “Waarmee ik niet zeg dat je overal in Zeeland maar moet bouwen, hè? Maar in principe biedt Zeeland veel mogelijkheden om woningen te en geschikt te maken voor de woningzoekers van vandaag. Daarnaast zitten we in heel veel sectoren ook nog te springen om personeel. Dan zeg ik: misschien kunnen we het kabinet helpen met het oplossen van de woningnood. Zeker nu Zeeland en de Randstad, door een snellere treinverbinding, steeds dichter bij elkaar komen te liggen. Daar moeten we van profiteren, en ik gun het iedereen om in Zeeland te wonen!”

Potjes

Die bekendheid van Zeeland is bijvoorbeeld ook belangrijk voor het binnenhalen van subsidies. “Ook daarvoor geldt dat ‘Den Haag’ moet weten wat we te bieden hebben. Of het nou om de ontwikkeling en toepassing van waterstof gaat, om landbouwsubsidies of om heel andere zaken: in Den Haag zijn er allerlei potjes voor allerlei doelen. Ik moet ervoor zorgen dat we van het bestaan van die potjes weten én dat we ons best doen om er iets uit te halen. Daarbij probeer ik de Zeeuwen ook te helpen ons aanbod zó te verwoorden dat het aanspreekt in Den Haag.”

Haags netwerk

Voor Zeeuwse politici (bestuurders en volksvertegenwoordigers) is het fijn iemand in Den Haag te hebben die het Haagse netwerk onderhoudt. Zij doen dat zelf ook, veelal via partijgenoten. Corine: “Dat is heel plezierig. Hoe meer lijntjes er van en naar Den Haag lopen, hoe beter. Want een goede lobby doe je samen.”