In Beeld: René Wink van Natuurmonumenten

We spreken René Wink van Natuurmonumenten. Natuurmonumenten is een organisatie die meer dan 100.000 hectaren aan natuurgebied beschermt, verbindt en vergroot. Langs de Deltaweg ligt het Oosterschenge. Een natuurgebied dat de organisatie beheert en daarmee ook een van de stakeholders is omtrent de Deltaweg. Eerder bezochten gedeputeerde Harry van der Maas en wethouder Cees Pille dit gebied tijdens hun werkbezoek.

René Wink in gesprek met Harry van der Maas

Als we over de Deltaweg rijden zien we veel landschappen en natuur. Wat zien we zoal?

‘’Wanneer je over de Deltaweg rijdt zie je zowel links als rechts prachtige gebieden, het Oosterschenge’’, vertelt René. Het natuurgebied bestaat uit verschillende kreken en dijken. Binnen deze kreken en dijken bloeit en leeft van alles. Zo legt René uit: ‘’Als we naar de flora kijken, zien we bijvoorbeeld de Ratelaar, maar ook de Koekoeksbloem zien we regelmatig terug. Er leven ook verschillende dieren. Zo zijn er rietvogels, hazen en de bruine kiekendief, maar het bijzonderst zijn toch de tientallen reeën.’’

René vertelt dat het Oosterschenge een heel uniek stukje natuur is. ‘’Het gebied is een kreekrest van de voormalige Schenge. Dit was een zeearm die het eiland Wolphaartsdijk scheidde van de rest van Zuid-Beveland. In de 18e eeuw werd het water van die zeearm te ondiep en is er besloten om het oostelijk deel in te polderen. Dat vormt het hedendaagse Oosterschenge’’, legt hij uit. Het gebied wordt zeer gewaardeerd. René voegt toe: ‘’Zodra de toeristen de kust beu zijn, trekken ze massaal landinwaarts om hier te fietsen en te wandelen.’’

Wat is uw grootste zorg?

‘’Mijn grootste zorg is dat er een verbreding van de weg komt en het drukker wordt’’, vertelt René. De reden van zijn zorg komt vooral door het welzijn van de reeën in het gebied.

De reeën hebben twee leefgebieden. Zowel aan de linkerkant als de rechterkant van de Deltaweg. Tijdens de bronstijd gaan zij op zoek naar een ander leefgebied en steken ze de Deltaweg over. Dit zorgt voor aanrijdingen en verkeersonveilige situaties. René vertelt: ‘’Ik moet in die periode regelmatig een genadeschot geven. Wanneer een bestuurder een ree ziet, zorgt dat automatisch voor een schrikreactie en onveilige situaties. Je wilt aanrijdingen zoveel mogelijk voorkomen.’’

Tijdens het werkbezoek van gedeputeerde Harry van der Maas en wethouder Cees Pille zijn we naar het Oosterschenge geweest. Biedt de aanpak van de Deltaweg ook kansen voor de natuur?

‘’Het biedt zeker kansen. Met name als we kijken naar de verbinding van de twee gebieden’’, vertelt René. Als de gebieden op een goede manier verbonden zijn, hoeft het wild niet meer over de weg en voorkomt dat schrikreacties en aanrijdingen. René legt uit: ‘’Het beste is als de reeën onder de weg door kunnen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door een waterweg aan te leggen met riet en gras. Deze zullen ze op natuurlijke wijze volgen en gebruiken het als leidraad om aan de andere kant te komen. In België is zoiets als succesvol toegepast.’’

Waar moet de oplossingsrichting volgens u aan voldoen?

‘’Wat mij betreft is het belangrijk dat er geen verbreding komt. Ik ben van mening dat de knelpunten moeten worden aangepakt om de doorstroming te verbeteren’’, legt René uit. René geeft als voorbeeld de Zeelandbrug die soms twee keer per uur open gaat. ‘’Zolang dat gebeurt, blijft het natuurlijk knellen’’, voegt René toe.

Er zijn ook argumenten om de weg 2x2 baans te maken. Wat vindt u daarvan?

‘’Die verbreding moet echt voorkomen zien te worden. Als het aanpakken van de knelpunten niet werkt, kan er altijd nog verbreed worden’’, legt René uit. Verder vertelt hij: ‘’Alles moet tegenwoordig maar worden opgelost met beton en asfalt, maar we moeten ook recreëren. Dat mag niet in gevaar komen door drukte, stikstof en lawaai. De natuur heeft rust nodig en de coronatijd heeft ons laten zien hoe hard natuur nodig is. Iedereen maakt er gebruik van.’’

Hoe denkt u mee in de ontwikkeling van een oplossingsrichting?

‘’Ik neem namens Natuurmomenten deel aan de werksessies’’, vertelt René. Hij ervaart het proces als goed. ‘’Het wordt echt goed aangepakt en iedereen kent de problematiek. Ik vraag me soms wel af in hoeverre we echt kunnen meedenken. We krijgen vaak keuzeopties voorgelegd waaruit we mogen kiezen. Dan zou ik nog wel meer input willen geven, maar voor de rest is het hartstikke goed.’’