Graven van de inlaatkreek
In de tweede helft van 2018 is in opdracht van Provincie Zeeland gestart met het uitgraven van het inlaatkreek. De inlaatkreek moet bestand zijn tegen de hoge stroomsnelheden van het Westerscheldewater dat er bij de wisseling van de getijden doorheen stroomt.
Startsein voor graven van inlaatkreek
Op 16 januari 2019 heeft de toenmalige gedeputeerde van Provincie Zeeland, Ben de Reu, samen met leerlingen van groep 6 van de basisschool De Zeemeeuw uit Breskens, het startsein gegeven voor het graven van de inlaatkreek. De inlaatkreek is ongeveer 500 meter lang. Vlakbij de getijdenduiker is het kanaal relatief smal, zo’n 12 meter breed. Richting de geulen wordt de inlaatkreek steeds breder tot 75 meter op het einde. De grond die vrijkwam bij het graven van de inlaatkreek is gebruikt voor de afwerking van een aantal eilanden in Waterdunen. Omdat het water met grote snelheid door de inlaatkreek stroomt, zijn de oevers en de bodem extra verstevigd met stortstenen. Dichtbij de getijdenduiker zijn deze stortstenen over een lengte van enkele tientallen meters extra verstevigd met colloidaal beton. Colloidaal beton is een betonspecie die verdikt is met een lijmachtige stof (Kolla is het Griekse woord voor lijm) waardoor dit beton ook geschikt is voor gebruik onder water. Voor de veiligheid is er aan beide kanten van de inlaatkreek een hek geplaatst. In juni 2019 was het werk gereed.