De val van het kabinet

Remco Driessen werkt als trainee Public Affairs voor de Provincie Zeeland. Voor een deel vanuit Brussel en voor een deel vanuit Den Haag.  Wat betekent de val van het kabinet in Nederland eigenlijk voor zijn werk? IN ZEELAND vroeg het Remco.

Remco Driessen

"Met de vervroegde Tweede Kamerverkiezingen op 22 november gaan we een bijzondere periode in. In september en oktober zijn er partijcongressen. Over het algemeen geldt: hoe eerder je iets concreets hebt, hoe sneller Kamerleden dat willen meenemen. We hopen na de verkiezingen in november dan ook snel kennis te maken met de nieuwe Kamerleden, zodat we belangrijke Zeeuwse zaken direct onder hun aandacht kunnen brengen. Met een beetje geluk kunnen ze die dan nog meenemen in het formatieproces."

Nieuwe namen

Na het vallen van het kabinet, verandert het speelveld. Grote partijen kunnen zomaar kleiner worden, kleine worden groter of verdwijnen. Nieuwe partijen doen hun intrede. "Partijen zijn aan het schuiven met mensen. Kamerleden met wie wij goede contacten hebben opgebouwd, hebben hun vertrek al aangekondigd of staan op vermoedelijk onverkiesbare plaatsen." Dat maakt de toekomst onzeker. Wat wel zeker is, is dat er nieuwe namen komen, nieuwe structuren en nieuwe machtsverhoudingen. En dat brengt ook weer nieuwe kansen met zich mee, volgens Remco. Er komen immers nieuwe mensen die invloed zouden kunnen uitoefenen.

Oneerlijk

Hoe het ook zij, uiteindelijk is het Zeeuwse coalitieakkoord ‘Met Zeeland, voor Zeeland’ de basis van waaruit de lobbyisten werken. Daar verandert de val van het kabinet niets aan. En dus vraagt Remco in Den Haag bijvoorbeeld blijvend aandacht voor de oneerlijke verdeling van geld over het land. "Het Rijk verdeelt geld onder provincies vaak naar het aantal inwoners. Voor Zeeland en andere dunbevolkte regio’s pakte die aanpak in het verleden vaak slecht uit."

Elke regio telt

Het eerder dit jaar verschenen rapport ‘Elke regio telt’ laat zien dat het Rijk de afgelopen decennia te lang investeerde in gebieden die al sterk zijn. Dit leidde tot onwenselijke verschillen tussen regio’s. "Als gevolg daarvan zijn er steeds meer partijen die zeggen op te komen voor de regio of voor het platteland. Daarmee is het een belangrijk thema geworden in verschillende verkiezingsprogramma’s." De Zeeuwse lobbyisten proberen daarop mee te liften. "Binnen Zeeland werken we al gebiedsgericht. Op nationaal niveau zou dat net zo moeten gebeuren."